Skip to main content
Redactioneel

Navorderingsaanslag vernietigd vanwege schending voortvarendheidsvereiste

By 26 maart 2023april 10th, 2023No Comments

Het voortvarendheidsvereiste is een belangrijk uitgangspunt in het belastingrecht. Het houdt in dat de Belastingdienst snel en doortastend te werk moet gaan bij het opleggen van een navorderingsaanslag. Dit betekent dat de inspecteur de navorderingsaanslag zo snel mogelijk moet opleggen zodra hij over de benodigde gegevens beschikt. Het voornaamste doel van dit vereiste is om te voorkomen dat belastingplichtigen onnodig lang in onzekerheid verkeren over hun fiscale positie. Als de Belastingdienst zich niet aan dit voortvarendheidsvereiste houdt, kan dit leiden tot de vernietiging van de navorderingsaanslag.

Het gerechtshof in Den Haag heeft onlangs een uitspraak gedaan in een zaak waarbij een inspecteur een navorderingsaanslag voor de erfbelasting had opgelegd en waarbij het voortvarendheidsvereiste in het geding was.

In deze zaak ging het in het kort om een belastingplichtige die in 2001 een erfenis van haar vader had ontvangen. Hoewel er vermogen in het buitenland was aangehouden, werd hier geen melding van gemaakt bij de aangifte voor de erfbelasting. Pas in 2017 kwam aan het licht dat de belastingplichtige het uit de nalatenschap verkregen vermogen jarenlang op een Zwitserse bankrekening had aangehouden, zonder dit te melden in haar aangiften voor de inkomstenbelasting. De inspecteur kreeg in augustus 2017 de informatie in handen en legde in het kader van een vaststellingsovereenkomst navorderingsaanslagen IB/PVV op (met boetes, heffings- en belastingrente) over de jaren 2005 tot en met 2017. In oktober 2018 deelde de inspecteur belastingplichtige mee over zijn voornemen om een navorderingsaanslag erfbelasting op te leggen. Deze navorderingsaanslag maakte geen onderdeel uit van de vaststellingsovereenkomst over de jaren 2005 tot en met 2017 en werd in mei 2019 vastgesteld op een belaste verkrijging van ƒ 3,6 miljoen.

In deze zaak had de inspecteur meer dan zes maanden gewacht om de navorderingsaanslag op te leggen nadat hij de benodigde informatie had verkregen. Het gerechtshof oordeelde dat de inspecteur in strijd had gehandeld met het voortvarendheidsvereiste en vernietigde de navorderingsaanslag inzake de erfbelasting. Belangrijk is ook dat het Hof oordeelde dat het voortvarendheidsvereiste ook geldt in relatie tot derde landen (landen buiten de Europese Unie). Dit betekent dat het voor de inspecteur van belang is om voldoende voortvarendheid te betrachten bij het opleggen van een navorderingsaanslag, ook als het gaat om vermogen dat buiten de EU is aangehouden. Belastingplichtigen moeten controleren of de inspecteur inderdaad voortvarend heeft gehandeld. Dit kan er namelijk in resulteren dat een navorderingsaanslag niet in stand kan blijven.

BRON: Gerechtshof Den Haag, 23 februari 2023, BK-22/00649, ECLI:NL:GHDHA:2023:277

Leave a Reply