Skip to main content
AlgemeenColumnRedactioneel

Anticiperen op wijzigingen in het vennootschapsbelastingtarief

By 20 december 2022februari 12th, 2023No Comments

De laatste jaren is het vennootschapsbelastingtarief diverse malen gewijzigd. Zowel de tarieven binnen de vennootschapsbelasting zijn aan verandering onderhevig als de schijven.

Zo is per 1 januari 2023 het MKB-tarief, het tarief van de laagste schijf, verhoogd van 15% naar 19%. Het toptarief is in 2023 echter gelijk gebleven. Ook de hoogte van de schijven is gewijzigd. Zo is de schijf waarop hoge tarief geldt per 1 januari 2023 verlaagd van €395.000,- naar €200.000,-. Hierbij is ook van belang dat het kabinet al heeft laten vallen dat in 2024 zal worden bezien in hoeverre het lage tarief wederom aanpassing behoeft.

De vraag die dan op komt is in hoeverre bepaalde winsten en verliezen eerder dan wel later moeten of kunnen worden genomen. Te meer nu de wijzigingen in de vennootschapsbelastingtarieven en schijven tot aanzienlijke financiële gevolgen kan leiden.

Bij het verschijnen van dit artikel is het jaar 2023 net begonnen. Voor de wijzigingen van 2022 naar 2023 is dit artikel dus te laat. Verwacht mag worden dat in 2024 er nieuwe wijzigingen zullen optreden, althans die opening heeft het kabinet gelaten. Dan kan het weer interessant worden om te bezien in hoeverre op die wijzingen ingespeeld kan worden.

Zonder een uitputtende lijst te willen geven zouden de volgende mogelijkheden verkend kunnen worden bij aanstaande wijzigingen in het tarief of in de schijven:

  • Winsten kunnen naar voren worden gehaald of worden uitgesteld. Zo kan bijvoorbeeld besloten worden om een verkoop te versnellen dan wel een verkoop juist uit te stellen;
  • Kosten kunnen worden uitgesteld of juist naar voren worden gehaald. Zo kunnen bepaalde grote aankopen worden uitgesteld of juist worden versneld;
  • In de praktijk hangt het er maar van af in hoeverre bepaalde bezittingen geactiveerd kunnen worden. Zo is de omvang van onderhanden werk niet altijd eenduidig en kan daar ook een bepaald standpunt over worden ingenomen. Activering van dergelijke posten levert een hoger resultaat op. Het is dan ook van belang kritisch te beoordelen of en in hoeverre dergelijke posten bestaan en de omvang van een dergelijke post wel juist is;
  • Mogelijk dat besloten wordt dat een eerder geplande herinvestering toch niet gedaan wordt. In dat geval kan een gevormde herinvesteringsreserve vervroegd vrijvallen en een winst eerder worden genomen;
  • Ook kan het verstandig zijn om bepaalde investeringen uit te stellen of juist versneld te doen omdat een investeringsregeling, zoals de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek of milieu investeringsaftrek, in een bepaald jaar interessanter is dan een eerder of later jaar. Het toepassen van een investeringsaftrek kan in een bepaald jaar meer fiscaal voordeel opleveren;
  • Verder is er, voor zolang er nog geen anti fragmentatiemaatregel bestaat, bijvoorbeeld ook nog de mogelijkheid om de activiteiten over meerdere BV’s te splitsen om zodoende de winsten wat meer in een lagere tariefschijf te laten vallen.

Uiteraard moet ook rekening gehouden worden met de beperkingen die uit de regels van goed koopmansgebruik voortvloeien.

Ook is het verstandig dat men zich niet blind staart op de vennootschapsbelastingvoordelen die behaald zouden kunnen worden. Andere belastingmiddelen, zoals de loonbelasting en de inkomstenbelasting, en praktische gevolgen en beperkingen moeten worden betrokken bij de vraag of met het oog op de vennootschapsbelasting bepaalde keuzes tot voordelen kunnen leiden.

Reeds gepubliceerd in het Belastingmagazine op 12 december 2022

Leave a Reply